Gedragsproblemen door vaccinatie
Onderstaand artikel is gepubliceerd in het blad “Homeopathic Links”, in de zomer van 2007 en geschreven door Tinus Smits, oorspronkelijk in het Engels en bedoeld voor collega-homeopaten. Bij het vertalen door Joyce Vromans (homeopaat te Scherpenzeel [Fr.] Nederland) is de tekst enigszins bewerkt en toegankelijk gemaakt, zodat ook niet-homeopaten er gemakkelijker kennis van kunnen nemen. Het is niet helemaal te voorkomen dat er enige medische en homeopathische terminologie wordt gebruikt. Het belang van het artikel is echter om de lezer bekend te maken met de mogelijke gevolgen van vaccinaties en de bijdrage die de homeopathische geneeskunde kan leveren teneinde de gerezen problemen op te lossen. De schrijver van het artikel heeft toestemming gegeven dat deze tekst hier gepubliceerd wordt, waarvoor hartelijk dank. Wie het oorspronkelijke artikel wil lezen: Tinus Smits, Post-Vaccinal Behavioural Problems, Homoeopathic Links Summer 2007, Vol. 20: 93 – 99, Sonntag Verlag in MVS Medizinverlage Stuttgart GmbH & Co. KG.
Trefwoorden en samenvatting:
Slecht humeur, angst, agressiviteit, contactstoornissen, hysterisch gedrag, ADHD, PDD-nos, ADD en autisme kunnen genezen worden door gepotentiëerde vaccins.
Samuel Hahnemann (1755 – 1843) concludeerde al dat de zoektocht naar enkel een individueel gekozen medicijn vaak niet voldoende is om een patiënt te genezen. De basale oorzaak van de ontregeling van de levenskracht moet ook aangesproken worden. Vaccinaties behoren duidelijk tot de groep “invloeden van buitenaf” die een dergelijke verstoring kunnen veroorzaken. Het is interessant de conclusie van Tinus Smits te lezen dat ook hij meent dat de zoektocht naar het “ene (perfect passende) medicijn” alleen vaak niet genoeg is om de patiënt te genezen. In de behandeling van gedragsproblemen die na vaccinaties ontstaan zijn, zijn vaak meerdere medicijnen nodig: zowel een individueel gekozen medicijn voor de patiënt als ook één voor de oorzakelijke factor.
Door daar nog een behandeling met orthomoleculaire preparaten aan toe te voegen, verbeteren de resultaten nog meer en laat hij een toekomst van echt geïntegreerd en holistisch genezen zien, waarover hij meer gepubliceerd heeft: Tinus Smits, “Homeopathie, de kracht van subtiele geneeskunst”, Altamira-Becht, 2007, ISBN 978 90 6963 774 7 / NUR 860. Een zeer duidelijk en lezenswaardig boek voor een ieder die met een “open geest” kennis wil nemen van de mogelijkheden van een behandeling d.m.v. homeopathie.
De geboorte van een gezond kind is een wonder. Een kind gezond houden is een kunst die steeds moeilijker is geworden in onze moderne maatschappij.
Inleiding
De discussie of autisme met de BMR-vaccinatie te maken heeft is wereldwijd nog gaande. Ouders die een compleet gezond kind hadden en die zagen dat het autistisch werd en het in zijn eigen ontoegankelijke wereldje zagen terugtrekken na de BMR-vaccinatie, kunnen niet geloven dat dit simpel toeval is; aan de andere kant ontkennen de medische wereld en de autoriteiten ieder verband zolang er geen acceptabel wetenschappelijk bewijs is. De discussie lijkt extreem controversieel in Engeland en de VS vanwege de bevindingen en verklaringen van Dr. Wakefield. De autoriteiten in Nederland promoten de visie dat er voldoende wetenschappelijk bewijs is dat de BMR veilig is en dat autisme daar niet uit voort komt. Mijn ervaring met de behandeling van 160 autistische kinderen duidt op een sterk verband met vaccinatie (ook DKTP, Hepatitis B en andere vaccinaties) en met andere sterke medische ingrepen. Maar vaccinatie is zeker niet de enige oorzaak van autisme. Autisme moet veel meer gezien worden als een opeenstapeling van stressfactoren in de hersenen en vaccinatie is daar een belangrijk onderdeel van.
Het doel van dit artikel is drieledig:
1. Te laten zien dat gezondheidsproblemen die veroorzaakt zijn door vaccinatie kunnen worden genezen met het overeenkomstige gepotentiëerde vaccin.
2. Te laten zien dat gedragsproblemen in het algemeen een relatie kunnen hebben met verschillende vaccinaties en niet alleen met de BMR-vaccinatie.
3. Te beweren dat homeopathie, door middel van het gebruik van gepotentiëerde vaccins, het bewijs kan leveren dat er een relatie is tussen vaccinatie en de bijwerkingen die ze veroorzaken, zoals gedragsproblemen van verschillende ernst.
Gedurende meer dan 20 jaar heb ik met homeopathie “post-vaccinatie-problemen” (klachten die ontstaan zijn door vaccinatie) van velerlei soort behandeld. Het is mijn vaste overtuiging en mijn jarenlange ervaring dat homeopathie d.m.v. het gebruik van homeopathische verdunningen van de relevante vaccins, een perfecte geneesmethode is om post-vaccinatie-schade te genezen en, door het zo te doen, het bewijs kan leveren van het verband tussen klachten en de gegeven vaccinatie. Ik heb met succes allerlei soorten vaccinatieschade behandeld zoals astma, eczeem, epilepsie, problemen in de ontwikkeling, jeugdreuma alsook gedragsproblemen in verschillende gradaties.
Het bewijs voor het verband tussen vaccinaties en gedragsproblemen is vaak treffend na een zorgvuldig afgenomen anamnese (vraaggesprek), maar zelfs als sterk bewijs ontbreekt, heeft de ervaring mij geleerd dat het soms verstandig kan zijn om de vaccinaties te ontstoren alvorens aan een meer constitutionele benadering te beginnen.
In dit artikel zal ik mij niet alleen beperken tot autisme en BMR. Het is mijn bedoeling te laten zien dat vaccinatie in het algemeen verschillende gedragsproblemen kan uitlokken. Als vaccinaties zo’n ernstige impact hebben op een klein aantal kinderen, kan het natuurlijk niet zo zijn dat alle andere kinderen perfect gezond blijven zonder dat ze ook maar een geringe of matige verstoring veroorzaken. In vele gevallen, in het bijzonder in de milde groep, was de verbetering in gedrag en stemming een bijkomend fenomeen bij toepassing van gepotentëerde vaccins, terwijl de meeste kinderen behandeld werden voor andere post-vaccinatie problemen.
Een lange follow-up heeft me ook geleerd dat na succesvol ontgiften van de vaccinaties, vaak een meer constitutionele benadering nodig is om diepere verstoringen te behandelen, in het bijzonder in de ernstiger groep. De vaccinatieschade is maar één laag die verwijderd moet worden als eerste stap in een heel genezingsproces. In een toekomstig artikel over de behandeling van autisme, waarin homeopathie in combinatie met een orthomoleculaire behandeling zijn plaats krijgt, zal ik veel uitgebreider schrijven over dat deel van het genezingsproces.
In dit artikel zal ik 3 groepen van gedragsproblemen bespreken: mild, matig en ernstig, inclusief autisme. Teneinde een getrouw beeld van de praktijk te laten zien, vermeld ik ook casussen waarvan de behandeling ontijdig is afgebroken.
DE HOMEOPATHISCHE METHODE
De homeopathische methode, zoals die door mij wordt toegepast in de behandeling van vaccinatieschade, bestaat uit het geven van 4 verschillende potenties van het vaccin waarvan aangenomen wordt dat het de gezondheidsproblemen heeft veroorzaakt. Een dergelijke serie van oplopende homeopathische potenties omvat een serie verdunningen/potenties: 30K, 200K, MK en 10MK. Soms zijn lagere potenties, (6K of 12K) of een hogere potentie (50MK) noodzakelijk. De duur van één serie is afhankelijk van de ernst van de casus, maar meestal wordt een termijn van 4 weken aangehouden en deze moet worden herhaald zolang de patiënt nog vooruitgang boekt c.q. reageert op de gegeven potentie. Ik zag bijna geheel af van de termijn van 4 dagen, die ik gebruikte voor het voorkómen van schade na een vaccinatie. De toediening van het medicijn vindt plaats door de granules of globules op te laten lossen in de mond. (Het komt ook voor dat homeopaten de korrels tevoren oplossen in een mix van water en alcohol en hun eigen werkwijze hanteren bij de toediening.) Gewoonlijk moeten er meerdere series gegeven worden, wel 5 of 10, zolang er enige verbetering is, onderbroken door een interval van 1 of 2 weken. (Voor meer informatie zie www.tinussmits.nl of raadpleeg uw eigen homeopaat).
MILD GESTOORD GEDRAG
Het is nogal ongebruikelijk dat ouders met deze kinderen voor behandeling komen, omdat deze gedragsproblemen mild zijn. De meeste patiënten werden behandeld voor lichamelijke klachten. Maar in deze gevallen waren al lichte gedragsproblemen te zien. Soms denken ouders dat er niets mis is met het gedrag van hun kind, maar na de behandeling staan ze versteld van de verbetering in het gedrag van hun kind. Casus 1 is daar een duidelijk voorbeeld van:
CASUS 1: Jos (12 maanden oud). Drie weken na de derde DKTP/HIB (DKTP=Difterie, Kinkhoest, Tetanus en Polio [Salk]) begon hij te hoesten, had het benauwd en werd hij verkouden, wat behandeld werd met Flixotide (fluticason) en Salbutamol. Toen ik hem zag had hij 8 weken diarree; hij was allergisch voor dieren en hij reageerde slecht in ruimtes waarin gerookt werd. Maar zijn ouders verzekerden mij dat er niets mis was met zijn stemming en dat hij opgewekt was ondanks zijn slechte lichamelijke conditie. Na 3 series gepotentiëerde DKTP/HIB verdwenen zijn longproblemen, had hij geen reutelende ademhaling meer, de diarree was over en, tot mijn verrassing, vertelden zijn ouders me dat hij nu een ander kind was, veel blijer, levendiger en dat hij veel minder huilde.
CASUS 2: Hans (14 jaar). Deze casus is ook verrassend. Toen de moeder de enorme verbetering zag in haar 8-jaar-oude autistische kind na de ontstoring van de BMR, vroeg ze mij of zo’n behandeling ook voor haar 14 jarige zoon goed zou zijn. Hij was een gezonde jongen en had een gemakkelijk karakter. Hij was graag alleen, had weinig vrienden en deed nooit moeilijk tegen zijn ouders. Hij was het soort kind, dat je vergeet op een parkeerplaats langs de snelweg, doordat je niet in de gaten had dat hij ook in de auto zat. De ontstoring van zijn vaccinaties veranderden zijn karakter compleet. Hij bruist nu van leven, alsof hij leeft op 220V i.p.v. 20V. Hij begint in discussie te gaan met zijn ouders, plotseling heeft hij vele vrienden en geniet ervan om met hen op stap te gaan. Eindelijk wordt hij de echte jongvolwassene die vol leven zit, met zijn eigen ideeën en opvattingen over het leven, klaar om er een eigen invulling aan te geven. Zijn ouders staan versteld.
CASUS 3: Martin (6 maanden oud). Vijf dagen na zijn derde DKTP/HIB hij ging scheel kijken met zijn rechter oog; tegelijkertijd stopte hij met babytaal; na de eerste serie gepotentiëerde DKTP/HIB een maand later, begon hij weer te brabbelen en na een tweede serie was het scheel kijken helemaal weg.
CASUS 4: Elly (12 maanden oud) was allergisch voor melkeiwit, was chronisch verkouden, had last van eczeem, diarree, chronische verkoudheid, veel tranen, lage weerstand, maar ze was ook heel onrustig, ontevreden en huilde veel. Haar conditie was al veel slechter geworden na haar eerste DKTP/HIB op de leeftijd van 2 maanden en ze reageerde behoorlijk heftig op iedere volgende vaccinatie. Na de eerste serie gepotentiëerde DKTP/HIB veranderde ze helemaal, werd een blij, tevreden kind, minder veeleisend en minder impulsief; zelfs d’r haar begon weer te groeien.
CASUS 5: Karin (11 maanden oud) was astmatisch, had een reutelende ademhaling, chronische hoest, eczeem en gebruikte Salbutamol. Ze huilde veel en wilde steeds bij haar moeder op schoot zitten. Na 3 series DKTP/HIB zijn het eczeem en de astma weg, ze slaapt door, speelt met andere kinderen, is veel blijer en lacht uitbundig; ze kan er nu goed tegen als haar moeder uit het zicht is.
CASUS 6: Joska (26 maanden oud) had de diagnose jeugdreuma; ze begon met middenoorontsteking en bronchitis tussen de tweede en derde DKTP/HIB. Na griep bijna zonder koorts op de leeftijd van 14 maanden begon ze gewrichtsontstekingen te ontwikkelen; 6 maanden later kreeg ze de BMR-vaccinatie; na 1 serie gepotentiëerde BMR en 3 DKTP/HIB stopte het proces van gewrichtsontstekingen. Haar moeder omschreef haar karakter toen als levendiger, meer open, spontaan en blij: “Dit is de oude Joska weer”. De hele familie staat versteld over de verandering. Na een homeopathische behandeling van 2 jaar, voornamelijk met gepotentiëerde vaccins, samen met enkele corticosteroid-injecties in haar knieën, is ze nu klachtenvrij, zonder enige medicatie en kan normaal lopen.
CASUS 7: Marie (14 maanden oud) begon met aanvallen van schudden, voornamelijk in armen en benen in de periode tussen de eerste en tweede DKTP/HIB. Na deze aanvallen was het alsof ze even bewusteloos was. Tegen de tijd van het eerste consult, toen ze 14 maanden was, waren dergelijke aanvallen ernstiger geworden met schudden van het hele lichaam; geen afwijkingen in het EEG; ze was ook chronisch verkouden, behoorlijk agressief met bijten en knijpen. Al na de eerste serie DKTP/HIB is ze veel vrolijker en speelt en praat meer. Haar agressiviteit is weg. Na 7 series DKTP/HIB is het schudden weg en is ze een levendig en gelukkig kind.
CASUS 8: Mariska (5 jaar oud). Haar problemen begonnen na de derde DKTP/HIB-vaccinatie met herhaalde bronchitis, chronische verkoudheid en hoest. Behandeling met gepotentiëerd DTP en BMR gaven geen enkele verandering te zien. Maar na drie kuren DKTP/HIB werd ze een ander kind: haar longproblemen, moeheid, buikpijn en bedplassen verdwenen, maar ze is ook meer open en vrolijker en kan beter met moeilijke dingen omgaan, is avontuurlijker en haar moeheid is verdwenen. De oorspronkelijke Mariska is terug.
CASUS 9: Steven (9 jaar oud) leed aan chronische hoest in de winter; doet alles nog in zijn broek; hoge koorts na iedere DKTP en ook na BMR. Veel antibioticakuren tussen zijn tweede en derde jaar voor herhaalde keelontstekingen, uitmondend in het verwijderen van neus- en keelamandelen toen hij 3 was. Hij was niet vrolijk, snel ontevreden en zeurde veel. Na verscheidene kuren gepotentieerde BMR, DPT, een mix van antibiotica en DKTP is hij zowel lichamelijk als emotioneel opgebloeid, hij is er meer bij, vrolijker en de incontinentie is over.
CASUS 10: Koen (9 jaar oud). Zijn problemen begonnen toen hij 3 maanden oud was met chronische middenoorontsteking, astmatische bronchitis en diarree. 2 jaar lang was hij onder behandeling van een kinderarts zonder veel verbetering. Toen hij bij mij kwam, klaagde hij elke dag over buikpijn, was hij een slechte eter, had regelmatig oorpijn en was emotioneel onstabiel, huilde vaak, was snel boos, en angstig ’s nachts. De behandeling werd begonnen met een specifiek homeopathisch medicijn (Saccharum officinale 200K), maar zonder enige duidelijke verbetering. Daarna kreeg hij gepotentieerde DTP, BMR en DKTP. Een grote verandering had plaats: de buikpijn verdween, maar ook emotioneel is hij nu veel beter: minder angstig, minder boos, hij durft meer, is weerbaarder, heeft meer zelfvertrouwen is meer ontspannen en vrolijker.
MATIGE GESTOORD GEDRAG
CASUS 11: Robert (3 jaar oud) ontwikkelde epilepsie na de BMR-vaccinatie, maar werd ook erg onrustig en agressief. Na 2 kuren gepotentiëerd BMR werd hij veel vrolijker en rustiger en zijn agressie verdween compleet. Hij slaat geen andere kinderen of zichzelf meer. Hij kan nu alleen spelen en kan rustig aan tafel zitten tijdens het eten. Zijn anti-epileptica (Depakine [Valproic acid]) zijn niet veranderd tijdens de behandeling.
CASUS 12: Angelique (12 maanden oud) kon nog niet rechtop zitten, kon plotseling omvallen, had bronchitis, sliep slecht en de ouders omschreven haar als hysterisch. Ze bonkte vaak met haar hoofd. Dit alles begon na de vierde DKTP/HIB vaccinatie met 11 maanden. Haar EEG was normaal en de kinderarts adviseerde gedragstherapie. Na het gepotentieerde vaccin slaapt ze 11 uur ononderbroken, is veel rustiger en het hysterisch schreeuwen is bijna helemaal verdwenen. Ze kan nu zonder probleem zitten en het bonken met het hoofd is verdwenen.
CASUS 13: Sandra (5 jaar oud) begon met hysterisch huilen na de eerste DKTP/HIB vaccinatie met 3 maanden. Na de tweede prik een maand later, verslechterde haar conditie, ze werd ontroostbaar en ze werd ’s nachts vaak wakker met krijsen. Op 2-jarige leeftijd schreef de kinderarts haar Promethazine voor zonder enig resultaat. Toen ze 3 jaar was kreeg ze van een psychiater de diagnose “pavor nocturnis” (het ’s nachts met schrik en angst wakker worden). Ze was breekbaar, snel uit haar doen en huilde zonder duidelijke reden. Haar reactie op het gepotentiëerde vaccin is behoorlijk heftig, gezien de eerste reacties op de vaccinaties: boosheid, agressie, schoppen en slaan. Maar uiteindelijk is haar angst bijna geheel verdwenen en slaapt ze goed. Ze functioneert weer normaal.
CASUS 14: Anke (3,5 jaar oud) had ernstige stuipen, waarbij ze 3 uur bewusteloos was, 16 dagen na de BMR vaccinatie. Daarna ontwikkelde ze geleidelijk epilepsie die behandeld werd met Depakine 200 mg. Haar humeur veranderde volledig na de vaccinatie. Ze werd erg agressief, boos en onhandelbaar. Vaak was ze al moe bij het opstaan ’s morgens en ging op de bank liggen. Na de gepotentiëerde BMR werden haar energie en haar gedrag weer normaal. Haar agressiviteit en boosheid zijn helemaal weg en ze is weer vrolijk en open: “de oude Anke”. Voorts verdween de epilepsie geleidelijk; ze is nu vrij van klachten zonder Depakine. De casus werd door de autoriteiten niet erkend als post-vaccinatie schade. Ze is nu 8 jaar oud en heeft geen epilepsieproblemen meer.
CASUS 15: Karel (14 jaar oud) had altijd problemen met vaccinaties met hoge koorts, terugkerende middenoorontsteking en chronische verkoudheid. Maar na de BMR gecombineerd met DTP (op 9-jarige leeftijd) klaagde hij over slappe benen en een jaar later ontwikkelde hij diabetes. Hij was altijd een zeer gesloten kind met autistische neigingen, weinig inlevingsvermogen, slecht functioneren in groepen en star in zijn meningen. Midden in zijn puberteit weigerde hij alles wat hem niet aan stond, had plotselinge woedeaanvallen, was brutaal en erg tegendraads. Na 4 kuren BMR, 6 met DTP en 3 DKTP is zijn lichamelijke conditie beter, maar zijn autisme is ook geheel verdwenen. Hij maakt nu zelfs gemakkelijk contact. De diabetes blijft.
CASUS 16: Kobbe (2 jaar oud). Zijn problemen begonnen kort na de derde DKTP/HIB-vaccinatie met astmatische bronchitis waarvoor hij 2 keer in het ziekenhuis werd opgenomen. Geleidelijk werd hij steeds onrustiger, kon zich slecht concentreren en stopte met ademen als hij huilde. Hij werd tussen 2.00 en 3.00 uur schreeuwend wakker en het duurde wel 15 minuten om hem te kalmeren. Hij wilde niet meer geknuffeld worden. Na 2 kuren gepotentiëerde DKTP/HIB (hij was nooit gevaccineerd met de BMR), stonden zijn ouders versteld: Kobbe slaapt rustig in zijn eigen bed, zijn onrust is helemaal over en het leven is niet langer een gevecht voor hem.
CASUS 17: Wim (22 maanden oud) leed aan ernstige, onbehandelbare epilepsie, kon helemaal niet praten en de diagnose was: geestelijk gehandicapt. Hij werd chronisch verkouden, wilde niet geknuffeld worden en draaide zijn hoofd naar één kant na de derde DKTP/HIB (met 5 maanden). Na 6 kuren met het gepotentiëerde vaccin verdween niet alleen de epilepsie, maar hij is nu ook veel vrolijker, danst en is zich bewust van de wereld om hem heen en kan alleen spelen. Hij gebruikte nog dezelfde hoeveelheid Depakine toen deze veranderingen optraden (720 mg/d). Nu, een half jaar later, is hij nog steeds vrij van epilepsie, gebruikt de helft van de Depakine en zijn EEG is weer normaal. Hij geniet van zijn leven, zijn slaperigheid en lethargie zijn verdwenen, maar hij kan nog steeds niet praten. Dit resultaat is bereikt met in totaal 8 kuren gepotentiëerd DKTP/HIB gecombineerd met acupunctuur.
CASUS 18: Fien (18 maanden oud) werd erg agressief na haar vierde DKTP/HIB toen ze 11 maanden was en haar motorische ontwikkeling stagneerde. Ze sloeg zelfs haar fysiotherapeut. Ze had 4 keer middenoorontsteking. Na de BMR-prik werd ze zelfs nog agressiever. 3 kuren gepotentiëerde BMR en 3 DKTP/HIB veranderden haar volledig. Haar agressie verdween, evenals het zweten op haar hoofd, haar ontlasting werd vast en ze ging beter praten.
CASUS 19: Tricia (15 maanden oud). Geen diagnose. Ze straalde niet meer en verloor haar interesse in haar omgeving na de tweede en derde DKTP/HIB. Ze kreeg eczeem, slijm in haar longen en werd kortademig. De BMR verergerden haar klachten, vooral haar algemene conditie. Ze was moe, had last van een chronische hoest en huilde veel. Ze struikelde als ze liep, ze zweette veel bij inspanning en ook ’s nachts, had chronische diarree en at slecht. Ze werd behandeld met 3 kuren gepotentiëerde BMR en 3 DKTP. Alle lichamelijke klachten verdwenen. Ze is ook rustiger en heeft meer interesse in haar omgeving. Ze is alert en haar ogen stralen weer. Terwijl andere kinderen op het kinderdagverblijf de ene infectie na de andere hebben, heeft zij nergens last van. Haar immuunsysteem is weer sterk.
CASUS 20: Walter (4 jaar oud) begon gezondheidsproblemen te krijgen na zijn eerste DKTP/HIB met 2 maanden en het werd erger na iedere volgende vaccinatie. Na de tweede had hij ernstige koortsstuipen. Met 10 maanden werd hij erg heetgebakerd, met heftige boosheid die uren aanhield. Rond 4.00-5.00 u ’s nachts werd hij al boos wakker. Hij weigerde “vieze” dingen aan te raken zoals gras, zand, water en zoog alleen maar op zijn duim. Hij was bang om te vallen. Ze hadden de ene na de andere babysitter. Ze vertrokken allemaal. Hij had chronische middenoor- en keelontstekingen. Hij zweette veel ’s nachts. Tot hij 10 maanden was, was hij lief en geduldig, zei zijn moeder. Nadien had niemand meer iets over hem te zeggen. Hij zag erg bleek. Ik gaf hem eerst 2 kuren BMR, zonder enige verbetering, maar op de DKTP/HIB had hij meteen heftige reacties, maar hij later werd veel beter. (Een zgn. medicijn-reactie wordt heel vaak waargenomen korte tijd na toediening. Neem contact op met de behandelaar!!!!) Hij werd weer lief, is in balans, ziet er gezond uit en wordt pas om 7.00 u. wakker i.p.v. om 5.00 uur. Hij had een paar keer een terugval en een nieuwe kuur DKTP/HIB zette alles weer op de rails. Dit speelde in 2002. Ik zag hem daarna niet meer en dacht dat alles OK was, maar aan het eind van 2006 nam de moeder weer contact met me op, omdat zijn ontwikkeling zo goed als gestopt was, zowel emotioneel als lichamelijk. Hij was ook weer bleek. Hij had veel problemen op school, had slecht contact met andere kinderen en was eenzaam. Hij weigerde uitdagingen en vermeed lichamelijke inspanning. Wederom kon hij lang boos zijn. Hij had het liefst contact met volwassenen, omdat hij niet met kinderen van zijn eigen leeftijd kon spelen.
In feite illustreert dit perfect mijn ervaringen met het ontgiften van kinderen. In het algemeen gaan ze enorm vooruit en veel problemen verdwijnen, maar vroeger of later ontwikkelen ze diepere problemen. In de laatste 5 jaar is het mij door de behandeling van vele autistische kinderen (meer dan 160) duidelijk geworden dat na het ontgiften van vaccins een vervolgbehandeling nodig is om de gezondheid van deze kinderen compleet te herstellen. Tegenwoordig gebruik ik dus constitutionele homeopathie naast een orthomoleculaire behandeling en dit blijkt zeer effectief te werken.
ERNSTIGE GEDRAGSPROBLEMEN
De volgende casus (Casus 21) is om verschillende redenen een goed voorbeeld van het oorzakelijke verband tussen ernstige gedragsproblemen en de BMR-vaccinatie:
1. Het autisme begon meteen na de BMR in een volkomen normaal kind (van 16 maanden).
2. Er was een duidelijke plotselinge verbetering (3 jaar later) in zijn mentale en emotionele toestand evenals in zijn lichamelijke conditie door de behandeling met gepotentiëerde BMR.
3. Er was een ernstige terugval gedurende 4 dagen op de zesde potentie alsof hij opnieuw een BMR-prik had gehad, gevolgd door een geweldige verbetering van zijn autisme, waaruit zonder twijfel de samenhang blijkt met de BMR-vaccinatie. De 6K-potentie is een 100-6 verdunning van het vaccin, maar komt in verhouding het dichtst bij de materiële dosis.
CASUS 21: Rob (4,5 jaar oud). Diagnose: autistisch. Hij was een volkomen normaal kind tot aan de BMR-prik toen hij 16 maanden was. Hij ontwikkelde zich behoorlijk snel, kon lopen en zelfstandig de trap op kruipen. Al in de eerste week na de BMR-prik ging het snel bergafwaarts, zowel lichamelijk als psychisch en zijn gedrag veranderde dramatisch. Hij werd agressief, onhandelbaar op het kinderdagverblijf, gooide met speelgoed, krijste en trok zich terug als er vreemden in de buurt waren. Zijn spraak verdween volledig en zijn lichamelijke ontwikkeling viel sterk terug. Hij sliep slecht. Er was geen oogcontact meer. Zijn sterk samengetrokken pupillen reageerden niet op licht en zijn gedrag was niet te corrigeren. Hij had zachte ontlasting en vaak bloedneuzen. Na 5 kuren met gepotentiëerde BMR gingen zijn ogen weer open en kon je hem weer benaderen. Oogcontact werd weer hersteld, de pupillen reageerden nu op licht en de neusbloedingen stopten. Hij sliep goed, begon te praten en hij kon zinnen maken van 2 of 3 woordjes. Hij kon bijna elk woord herhalen wat zijn zusje vroeg en hij kon liedjes zingen die hij van haar geleerd had. Hij was zich bewust van zijn omgeving en reageerde erop. Zo werd hij ineens bang toen hij een moedereend met haar jongen zag, terwijl hij daar voordien helemaal niet op reageerde. Hij kon contact maken. Hij knuffelde weer met zijn ouders en mensen van wie hij hield. Hij kwam zijn zusje troosten als ze huilde. De rusteloosheid stopte, hij kon opdrachten uitvoeren en hij was minder bang. Hij deed zichzelf niet meer pijn. Tijdens iedere BMR-kuur schreeuwde hij, maar later werd hij steeds beter. Toen later een 6K werd gegeven, kreeg hij zo’n ernstige reactie dat het leek alsof hij een echte BMR-prik had gekregen: bloedneuzen, samengetrokken pupillen, krijsen, geen contact en apathisch. Uiteindelijk werd de behandeling met individuele middelen afgebroken doordat de moeder aan borstkanker overleed. Hoewel hij veel vooruitgang boekte, is hij nu - 5 jaar later - nog steeds autistisch, hij spreekt slecht, is onvoldoende ontwikkeld en gaat naar een school voor autistische kinderen. In feite een “verdrietig voorbeeld” van een onderbroken behandeling.
CASUS 22: Joery (2 jaar oud) was een leuk kind zonder problemen tot 4 of 5 maanden na de BMR. Toen veranderde zijn gedrag volkomen. Hij werd heel agressief, snel boos, bonkte met zijn hoofd op de grond en sloeg andere kinderen en zichzelf. De hele familie had last van zijn gedrag. De kinderarts stuurde hem naar een psychiater toen hij nog maar 2 jaar en 3 maanden oud was. Na 1 kuur gepotentiëerde BMR werd zijn gedrag weer volkomen normaal, hij hield op zichzelf en andere kinderen te slaan en het bonken met zijn hoofd hield op. Hij viel vaak terug ongeveer 2 weken na de BMR-kuur, maar zijn gedrag werd steeds weer normaal na de gepotentiëerde BMR. Hij is nu 8 jaar oud en zijn agressie is uiteindelijk verdwenen. Hij werd weer het vrolijke en aardige kind zoals hij voorheen ook was.
CASUS 23: Willy (2,5 jaar oud). Diagnose: PDD/pervasief autisme. Hij had een ernstige ontwikkelingsachterstand zowel op lichamelijk als geestelijk gebied. Hij kon helemaal niet spreken. Hij bonkte met zijn hoofd, schreeuwde i.p.v. huilen en wapperde met zijn handen. Hij leefde in zijn eigen ontoegankelijke wereld. Zijn klachten begonnen na de vierde DKTP/HIB op 11 maanden. Na de eerste prik had hij 3 dagen hoge koorts (40oC). Ondanks de diagnose autisme kreeg hij toch de BMR met 14 maanden. Na een eerste kuur gepotentiëerde BMR was er geen verandering, maar na de gepotentiëerde DKTP/HIB was er een enorme transformatie. Hij reageerde nu op prikkels van buiten, zijn spierspanning was veel beter en hij begon te lopen, ondanks de voorspelling van de kinderarts dat hij nooit zou gaan lopen. Hij was nu bang voor andere kinderen, terwijl hij ze eerst niet eens opmerkte. Het bonzen met het hoofd hield helemaal op, het oogcontact was beter en hij wilde weer graag geknuffeld worden. Hij ging niet echt beter praten. Hij is nu 9 jaar oud en het gaat goed met hem. Hij kan lopen en klimmen en hij gaat langzaam maar zeker vooruit. Na de ontgifting van de vaccinaties was hij niet meer bij mij onder behandeling.
CASUS 24: Tony (21 maanden oud). Diagnose: KISS-syndroom (Kinematic Imbalances due to Suboccipital Strain). Zijn problemen in de ontwikkeling begonnen meteen na de eerste DKTP/HIB met 2 maanden en na iedere vaccinatie werd het slechter met hoge koorts en diarree. Maar de verantwoordelijke arts besteedde er geen aandacht aan, zich niet bewust van enig verband tussen de vaccinaties en zijn problemen. Met 21 maanden was hij ver achter in zijn ontwikkeling en zijn spierkracht was erg zwak. Hij kon nauwelijks zitten. Hij praatte slecht en hij kon alleen gepureerde babyvoeding eten. Hij kon alleen ontlasting krijgen als hij achterover lag en had vaak darmkrampjes. Hij keek heel erg scheel en was chronisch verkouden. Na de gepotentiëerde BMR (één keer) en DKTB/HIB (meerdere keren) begon hij zich snel te ontwikkelen. Zijn spieren werden sterker en hij kon staan en aan de hand lopen. Zijn frustratie dat hij niet kon wat hij wilde doen, verdween, en hij begon te genieten van het leven. Hij kon beter dingen bouwen, hij kon beter zien en hij weigerde zijn bril te dragen sinds hij iedereen herkende en was zich nu bewust van de wereld om hem heen. Zijn darmkrampen stopten. Hij werd spontaan en avontuurlijk. Hij ging nauwelijks beter praten, maar hij ging wel zijn eerste woordjes zeggen. Hij was nu vrolijk, terwijl hij een jaar geschreeuwd had. “We hebben nu een kind van wie we genieten”, zei de moeder. Nu, 5 jaar later (zonder homeopathische behandeling) is hij langzaam vooruit gegaan. Hij loopt sinds hij 4 was, hij praat nog steeds niet en hij heeft epilepsie ontwikkeld.
CASUS 25: Jochem (16 jaar oud). Diagnose: ADHD/PDD-Nos. Begon depressief te worden na de BMR en de DTPol-vaccinatie toen hij 9 was. Hiervóór was hij een rustige, prettige jongen zonder problemen op school. Maar na deze dubbele vaccinatie wilde hij niet meer naar school, klaagde over hoofdpijn en buikpijn, werd agressief, onhandig en werd onzeker in het contact met andere kinderen. Moe, geen dag-nachtritme, spijbelde op school, sloot zichzelf op in zijn kamer en barricadeerde de deur. In de puberteit deed hij wat hij zelf wilde en trok zich niets van zijn ouders aan. Hij was zeer onrustig, geïrriteerd en had moeite met inslapen. Hij was vaak afwezig en ontoegankelijk. Hij gebruikte Ritalin (Methylphenidate) waardoor zijn gedrag op school beter hanteerbaar was. Na de behandeling met gepotentiëerde DTPol en BMR werd hij veel rustiger, een normale jongvolwassene, in het bijzonder door de gepotentiëerde BMR. Hij kon de Ritalin stoppen, kon zich beter concentreren en was niet agressief meer. Nu, 5 jaar later, is hij een normaal functionerende volwassene, die fysiotherapie studeert en een cursus filosofie aan de universiteit volgt. Hij heeft zijn eigen appartement en heeft behoefte aan privacy. Te veel mensen om hem heen storen hem.
CASUS 26: Norbert (2,5 jaar oud). Diagnose: waarschijnlijk ADHD. Hij was zeer onrustig, onhandelbaar, zeer agressief jegens andere kinderen, met slaan, knijpen, schoppen en duwen. In de eerste 3 maanden van zijn leven huilde hij constant en normaal contact was bijna niet mogelijk. In de baarmoeder was hij al druk en de moeder liep twee gekneusde ribben op. Hij was bleek, heel open en praatte voortdurend. Hij raakte alles aan, kon zich niet concentreren en had oncontroleerbare woedeaanvallen. Hij weigerde iedere vorm van affectie vanaf het begin en wilde nooit op zijn moeders schoot zitten. Hij had vaak infecties en kreeg 8 keer een antibioticakuur. Zijn terugkerende middenoorontstekingen begonnen met 4 maanden en toen hij 1,5 was werden de amandelen verwijderd. Beide ouders waren 4 jaar eerder gevaccineerd voor de tropen, inclusief DTPol, gele koorts en Hepatitis A, hetgeen het vroege optreden van zijn problemen, vóór zijn eigen vaccinaties, verklaart. De DTPol die de ouders kregen was waarschijnlijk de oorzaak. Recente vaccinaties met DTPol bij de ouders verhogen het risico op vaccinatieschade wanneer het kind zijn eigen DTPol of DKTP krijgt. Na iedere vaccinatie, te beginnen bij 2 maanden, reageerde hij met hoge koorts. Twee dagen na de BMR kreeg hij een acute ontsteking van de heupgewrichten, die snel gekeerd werd met antibiotica. De homeopathische behandeling begon met BMR, 3 kuren, maar zonder enige verandering. Toen werden DTPol/HIB gegeven in oplopende potenties, hetgeen de situatie volkomen veranderde. Hij had een sterke huidreactie met uitslag, had een erg stinkende en zure, zachte ontlasting en zijn agressie verdween bijna geheel. Hij werd veel rustiger, vrolijk en aardig en wilde bij zijn moeder op schoot zitten en wilde kusjes geven en knuffelen, wat hij nog niet eerder gedaan had. Hij was ontspannen en was een compleet ander kind geworden, zei de moeder. Ik kon geen contact met de ouders meer krijgen, dus ik kan geen lange-termijn follow-up geven.
CASUS 27: Marly (11 maanden oud). Nog geen diagnose. Tot ze 3 maanden oud was, waren er geen gezondheidsproblemen. Na de tweede DKTP/HIB was er geen oogcontact meer, was ze lusteloos, lachte niet, geen tranen, geen pijnsensatie meer, werd teruggetrokken en verloor haar blijheid. Het was niet mogelijk om aan haar te zien of ze blij was of verdrietig. Ze keek voortdurend naar het plafond. Toen ze 9 maanden was, trok ze steeds haar benen op als haar voeten de grond raakten, ze kon zich niet omrollen, ze kon niet zitten of zelfs maar kruipen. Ze bewoog haar lichaam nauwelijks en ze kon alleen maar op haar rug liggen. Toen ze 6 of 7 maanden was, kreeg ze eczeem op haar benen. Haar achterhoofd was afgevlakt. Na 3 lange kuren DKTP/HIB en een osteopathiebehandeling aan hoofd en nek kwam ze weer tot leven. Zowel op mentaal/emotioneel als op lichamelijk gebied was er een dramatische verandering. Ze kon weer boos worden en lachen. Ze begon te brabbelen en kon zitten en omrollen en ze kon nu haar voeten op de grond zetten. Het oogcontact kwam terug en ze was wederom een vrolijk meisje dat wist wat ze wilde. Met 20 maanden begon ze te lopen. Nu is ze 8 jaar oud en gaat het goed met haar. Ze gaat naar een gewone school en is een expressief, vrolijk, aantrekkelijk, sociaal en een beetje dromerig kind.
CASUS 28: Kars (3,5 jaar oud). Geen diagnose bekend. Zijn moeder had haar ervaringen met haar zoon van begin af aan opgeschreven. Ze schrijft: “Met 11 maanden ben je een heel boos jongetje, terwijl je in de eerste maanden zo’n leuk, blij kindje was, dat alles goed vond. Nu sla je tegen alles en zo gauw je iets in je handjes krijgt, gooi je het weg. Je moet de grens opzoeken, er is geen middenweg. Waarom deze intense woede? Toen je 2 jaar was, begon je andere kinderen te slaan en te schoppen. Soms zit je uren op de bank doelloos te staren met glazige ogen. Je bent zo moeilijk te hanteren, maar ik weet dat diep in jou dat leuke jongetje nog zit dat je was.” Tot 4 maanden was zijn motorische ontwikkeling normaal, maar daarna was er bijna geen enkele vooruitgang. Hij werd stijf en kon niet in de armen van zijn moeder liggen. Met 20 maanden begon hij te lopen op zijn tenen. In dit geval is het verband tussen zijn problemen en de vaccinatie niet moeilijk te leggen. Bij iedere DKTP/HIB-vaccinatie werden de reacties ernstiger: ontroostbaar huilen (twee hele dagen na de vierde prik), hoge koorts (40oC) en tenslotte fladderen met zijn handen. Na de BMR werd hij bleek, kreeg een blauw-grijze kring om zijn mond en zijn stemming werd slechter. Hij was ook angstig, overgevoelig voor geluid. Hij had het typische gebrek aan weerstand dat zo gewoon is na vaccinatie: hoest, reutelende ademhaling, ontstoken ogen, longontsteking (RS-virus), middenoorontsteking, chronische griep en ontstoken amandelen (verwijderd toen hij 27 maanden was). “Na slechts 1 kuur met gepotentiëerde BMR, verdeeld over 4 weken, ken je hem niet meer terug”, zegt zijn moeder, “hij bruist van enthousiasme, zijn kleur is terug, hij is vrolijk en zingt: de nachtmerrie is voorbij.” Een tweede kuur met gepotentiëerde BMR, DKTP/HIB en BCG bracht geen grote veranderingen meer. Twee jaar later gaat het nog steeds goed met hem, zijn er geen infecties, zijn stemming is gelijkmatig, hij heeft meer energie en hij ontwikkelt zich zonder problemen. Hij is af en toe nog wel boos, maar de constante boosheid is helemaal weg. Eén kuur gepotentiëerde BMR was genoeg om de geestelijke en lichamelijke gezondheid van dit jongetje te herstellen.
CASUS 29: Maartje (2,5 jaar oud). Diagnose: autisme. Tot ze 1,5 jaar oud was waren er geen ernstige afwijkingen in haar ontwikkeling. Alles begon bijna onmerkbaar. Toen ze 18 maanden was, werd een kinderarts geraadpleegd. Ze was toen erg afwezig, maakte geen oogcontact en pakte geen speelgoed op. Na iedere vaccinatie huilde ze ontroostbaar en schreeuwde ze, maar de vaccinaties werden niet als de schuldige aangewezen. Ze kon niet meer praten, terwijl ze papa en mama kon zeggen toen ze één jaar was, ze kon zwaaien en in haar handen klappen als dat gevraagd werd. Bij de geboorte was ze een sterke baby, maar de eerste tekenen van vaccinatieschade waren al aanwezig sinds de eerste vaccinatie (DKTP/HIB). Toen ze 6 maanden was, was ze slap, maar ze kon wel staan toen ze één jaar was. Een half jaar later zette ze haar eerste stapjes pas. De BMR was de genadeslag: “Alles is nu weg”, zegt de moeder. Allerlei tests werden gedaan, maar er werd niets gevonden. Ze krijgt bezigheidstherapie en logopedie. Na de eerste kuur met gepotentiëerde BMR, verdeeld over 4 weken, ging ze rustiger slapen, gingen haar ogen stralen en begon ze oogcontact te maken. Ze was nu alerter, staarde minder en begon te huilen als haar moeder haar alleen liet, terwijl het haar voorheen niets deed. De reutelende ademhaling ging over. Ze genoot van het kijken naar een carnavalsoptocht en de hele familie was verbaasd over de verandering. Daarna werd gepotentiëerde DKTP/HIB gegeven. Bij iedere potentie kreeg ze koorts en moest overgeven, maar erna begon ze te brabbelen en te knuffelen met haar ouders. Er was uitstekend oogcontact. Na het ontgiften is ze lichamelijk veel gezonder, maar haar mentaal/emotionele niveau is nog laag. De homeopathische behandeling werd gestopt. Ze is nu 7 jaar en geestelijk gehandicapt, spreekt slecht en ze gebruikt Ritalin voor haar drukke gedrag, maar in het algemeen is ze goed gezond en kan ze met andere kinderen spelen. Ze gaat langzaam maar zeker vooruit.
CASUS 30: Theo (6 jaar oud). Diagnose: ADHD. Al zijn problemen zijn begonnen meteen na de BMR-vaccinatie met veertien maanden. Hij viel 5 minuten weg en ongeveer 2 uur later kreeg hij uitslag over zijn hele lichaam. Eén dag later was het een compleet ander kind. Daarvóór was hij rustig, nu was hij druk, ongehoorzaam en maakte veel kapot. Voorheen at hij altijd goed, at bijna alles en na de vaccinatie at hij slecht en knoeide hij met zijn eten. Voorheen sliep hij tot 7 uur ’s morgens, erna werd hij om 5 uur wakker. Op school was hij nog wel aardig, maar thuis draaide hij zich weg van zijn moeder, sloeg tegen alles met stokken en gooide met stenen en zand naar andere kinderen. Hij was vaak boos, hij schopte en sloeg zelfs zijn moeder en hij was brutaal. Hij stompte andere kinderen soms zonder reden in hun maag. Hij kon zich slecht concentreren en hij speelde doelloos. Hij zweette veel ’s nachts, zijn ontlasting stonk en was dun. Tijdens de eerste kuur gepotentiëerde BMR, verdeeld over 2 maanden, begon hij zich te gedragen als een baby van 1 jaar, zittend op de schoot van zijn moeder met de duim in zijn mond (wat nieuw was). Hij werd veel rustiger, begon weer normaal te spelen, werd benaderbaar en niet langer agressief. Hij kon weer tot 7 uur slapen. “Hij werd weer mijn oude kleine mannetje”, zei zijn moeder. Af en toe werd het in zijn hoofd weer een chaos, werd hij geïrriteerd en reageerde overal op. Dan vroeg hij uit zichzelf weer om de korreltjes gepotentiëerde BMR, waardoor hij weer voor weken of maanden een rustig en knuffelig kind werd. Hij is nu 13 jaar en ik heb hem in de tussentijd niet meer gezien. De diagnose Asperger is gesteld en hij vertoont veel gedragsproblemen thuis. Hij speelt de baas en beledigt zijn moeder op een heel denigrerende manier. Zijn moeder zegt: “Hij heeft een IQ van 144, maar hij kan zijn haren nog niet eens kammen”. Hier zien we ook dat er een vervolg en een verdere constitutionele behandeling had moeten plaatsvinden. Veel ouders breken helaas te vroeg de behandeling af.
CONCLUSIE
Het belangrijkste principe door middel waarvan homeopathie kan genezen is wat wordt genoemd het principe van similia similibus curantur: het gelijke met het gelijkende genezen. Het zou onmogelijk geweest zijn al deze kinderen te genezen als hun gezondheidsproblemen geen direct verband hadden gehouden met het giftige effect van sommige vaccinaties. Meestal kan gemakkelijk de link tussen vaccinatie en gezondheidsproblemen gelegd worden door een zorgvuldige anamnese, maar soms is het verband niet zo duidelijk doordat er geen directe reactie na de vaccinatie is. Vaccinatieschade kan zich echter ook pas na maanden manifesteren en zeer geleidelijk, bijna niet waarneembaar beginnen. Alleen een homeopathische behandeling met het bijbehorende gepotentiëerde vaccin kan een doorslaggevend antwoord geven. Het grootste struikelblok wat overwonnen moet worden om een diagnose te wijzigen, blijft zonder twijfel de heilige overtuiging binnen de medische beroepsgroep dat vaccinaties volledig veilig zijn en geen ernstige bijwerkingen kunnen hebben. Een groot deel van het lijden en veel onnodig en kostbaar onderzoek zou vermeden kunnen worden als de diagnose “post-vaccinatie syndroom” in de top 10 van mogelijke oorzaken van kinderziekten zou komen te staan.
In al deze casussen ligt het zwaartepunt op vaccinatieschade en de bijbehorende behandeling. Nu, jaren later, is het ontgiften van de vaccinaties onderdeel geworden van een veel bredere behandeling, in het bijzonder bij de ernstiger gevallen. Een combinatie met een constitutionele behandeling is eveneens noodzakelijk en tegenwoordig combineer ik die altijd met een orthomoleculaire behandeling met vet-oplosbaar vitamine C (ascorbylpalmitaat), water-oplosbaar vitamine C, magnesium, zink en omega-3 vetzuren (visolie). Met deze combinatietherapie is het mogelijk de conditie van bijna ieder autistisch kind significant te verbeteren. In dit protocol vormt het ontgiften van vaccins nog steeds een belangrijk en succesvol onderdeel.
- Laatste update op .